Alfa Romeo in CART: de verovering van Amerika met een V8 op methanol
Alfa Romeo besloot eind jaren ’80 Amerika te veroveren met een gedurfde zet: deelnemen aan het CART-kampioenschap met een V8-motor die op methanol draaide. Het leek een veelbelovend avontuur voor het iconische merk, maar het verhaal kende flink wat hobbels. Toch bleef de inzet indrukwekkend, met een innovatieve motor en nauwe samenwerking met het legendarische March-team.
Het doel was helder: een sportieve indruk maken in de VS en het rijke erfgoed van Alfa Romeo nieuw leven inblazen. Maar de uitdagingen lieten niet op zich wachten en de concurrentie was moordend. De strijd om relevanter te worden in het Noord-Amerikaanse racelandschap bleek een taaie klus.
De V8 op methanol: kracht met een ambachtelijk tintje
De Alfa Romeo V8, een 2,65-liter turbomotor met ongeveer 680 pk, was geen doorsnee krachtpatser. Deze werd met hart en ziel ontwikkeld, gestoeld op de Ferrari 034 motor uit 1986. Toegegeven, hij miste zo’n 100 pk ten opzichte van de concurrentie, maar zijn techniek was anders dan anders. Een steigerend paard in motorvorm, zoals het ontwerp dat de motor visueel onderscheidde met uitlaten buiten de V, in plaats van binnenin zoals bij Ferrari.
Een uniek element was de balansdemper op de krukas, iets wat geen enkele andere CART-motor gebruikte. Die toevoeging hielp de trillingen te beteugelen, terwijl het magnetische managementsysteem van Magneti Marelli de motor electronisch afstemde. Methanol als brandstof zorgde voor een dunnetjes andere ervaring dan de gebruikelijke benzine, met een scherp geluid en opvallend waarschuwingssignaal op het circuit.
March chassis: een mix van oud succes en nieuwe uitdagingen
In plaats van zelf een chassis te bouwen, koos Alfa Romeo voor een samenwerking met March. Dit frisse partnership had de potentie om het beste van twee werelden te verenigen. March was een erkende naam met een historie in Formule 1 en CART, en ze brachten ervaring met zich mee die aan Alfa’s ambities moest voldoen.
De March 89CE was ontworpen door Maurice Philippe, die eerder aan iconen als de Lotus 49 had gewerkt. Toch liep het project op problemen, want een fout in het chassisontwerp brak die stijfheid totaal af. Dit was fataal voor de races die eraan kwamen, want Alfa Romeo miste zo cruciale wedstrijden. Dit toont hoe technische details een heel heel seizoen kunnen maken of kraken.
Strijd in Amerika: tegenslagen en hoopvolle momenten
Hoewel de auto’s er ambitieus uitzagen, werd het raceseizoen van Alfa Romeo in CART zwaar verstoord door stakingen in Italië. Leveringsproblemen zorgden ervoor dat het team zelfs Indianapolis moest missen, een evenement waar ze veel van verwachtten. Roberto Guerrero, een ervaren coureur met geschiedenis in de Formule 1 en CART, werd het gezicht van het team.
De eerste races boden weinig lichtpuntjes: slechts een punt en een achtste plek op een druk uitgevallen circuit waar crashes volop roet in het eten gooiden. Het ontbrak simpelweg aan kracht, betrouwbaarheid en tempo, maar de passie was duidelijk voelbaar. Het bloed kroop waar het niet gaan kon, zoals het in de autosport altijd gaat.
1990: nieuwe kansen met Pat Patrick Racing
March was financieel in de problemen geraakt, en Alfa Romeo zette in op een samenwerking met Pat Patrick Racing, een team met naam en faam in Amerika. Die stap bracht wel meer professionaliteit, maar externe factoren lieten het moeilijk worden. Ligaverlies, sponsors die wegvielen en de zware concurrentie maakten het Alfa-project fragiel.
Ze brachten een nieuw chassis, de March-Alfa Romeo 90CA, met een zachtere aerodynamica en verbeterde transmissiekoppelingen. Toch bleef het bij details want de motor bleef achter bij de top, en de auto was te zwaar. Problemen stapelden zich op, van titanium wielmoeren die vastliepen tot een motorkap die door een onhandige uitlaat omhoog stond. Het was een mix van technische ambitie en praktische frustraties.
De onvermijdelijke terugtrekking en het einde van een tijdperk
Rond 1991 werd duidelijk dat het CART-avontuur van Alfa Romeo geen duurzaam succes zou worden. Financiële tegenslagen en technische beperkingen bleven zwaar wegen. Het team won slechts sporadisch een top 10-positie. Het gerucht ging dat Ilmor-motoren werden ontleed, wat resulteerde in conflicten en een verbod op het leasen van die motoren voor het team.
Uiteindelijk trok Alfa Romeo zich terug en richtte zich hernieuwd op projecten in Europa, vooral op de 155 GTA. Het turbulente decennium van meerdere motor- en chassisprojecten, waaronder Formule 1 en Super Touring, leek daarmee ten einde te komen. De Amerikaanse droom bleef een rauw randje in de rijke geschiedenis van het nobele merk.
Alfa Romeo anno 2025: evolutie in plaats van revolutie
Vandaag de dag, in 2025, worstelt Alfa Romeo nog steeds met het vinden van zijn plaats, vooral in Amerika. De elektrische revolutie doet haar intrede, maar het merk kiest voor een multi-energie strategie om ook benzine- en hybridewagens niet zomaar los te laten. De passie voor pure rijervaring blijft, maar de markt vraagt om slimme compromissen.
Verkopen zakken, dealers luiden de noodklok, en het is duidelijk dat het Italiaanse icoon terug op zoek is naar zijn authentieke ziel. De erfenis van die methanol V8 en het roemruchte CART avontuur herinneren aan een tijd waarin Alfa Romeo durfde te dromen op een Amerikaanse racetrack vol vuur en ambitie.
Aletta Jacobs ist die Seele des Blogs. Als echte Münchnerin mit einem Händchen für die feinen italienischen Aromen, teilt sie ihre Liebe zur perfekten Pizza und zur bayerischen Gastlichkeit. Lena weiß, wie man herzhafte Tradition und mediterrane Leichtigkeit harmonisch verbindet. Sie gibt hier die besten Tipps, neue Kreationen und alles über unsere Spezialitäten.
Comments
Leave a comment